PSV is opgericht in 1913 tijdens een groot sportfeest van Philips. De Philips Sport Vereniging telde oorspronkelijk 19 sporttakken waarvan voetbal er eentje was. Het Philips Stadion staat op dezelfde plek waarin die jaren het PSV sportpark ontstond. Een paar jaar na de gouden periode van Feyenoord en Ajax was het eind jaren ’70 de beurt aan PSV. Het ene na het andere kampioenschap werd binnengehaald en ook het eerste Europese succes was een feit; in 1978 werd de UEFA Cup gewonnen. In de jaren daarna ontpopt de club zich als opkoper van grote talenten die vooral bij Ajax (Koeman, Vanenburg, Kieft, Arnesen, Lerby) en in mindere mate bij Feyenoord (Gullit) vandaan kwamen. Met een groot aantal van die spelers haalt PSV haar grootste succes, in 1988 wint de club de beker, het kampioenschap en de Europacup voor Landskampioenen. Het jaar daarna is het begin van de Braziliaanse connectie; Romario en Ronaldo komen de club versterken. In de laatste jaren zijn het PSV en Ajax die elkaar afwisselen met het kampioenschap.
Hoewel historisch gezien de wedstrijden tegen Feyenoord gezien worden als dé klassieker van Nederland zijn de wedstrijden tussen Ajax en PSV vaak bepalend. PSV heeft, sinds Ajax naar de ArenA is verhuisd, slechts tweemaal verloren in Amsterdam.